vrijdag 27 juli 2018

Bezoek van Señor Toro

.. als een B&B runnen écht een uitdaging wordt. 
B&B Cas al Cubo

We verwachten nieuwe gasten. We hebben een boeking gekregen uit Spanje van.. laten we ze in het kader van de nieuwe privacy wetgeving “de familie Toro” noemen. 
De communicatie is wat ingewikkeld, want het Engels is in Spanje nog niet ingeburgerd en vele buurlanders van onze uitstekend Engels beheersende Portugese gastheren en vrouwen (wij wonen per slot van rekening in hun land) spreken en schrijven geen woord over de grens. Met Google translate komen we uiteindelijk een heel eind, en schriftelijk hebben we afspraken gemaakt voor een verblijf van 4 nachten. 

De gasten arriveren wat later op de avond en het blijkt te gaan om één gast die in een grote Audi het terrein op tuft, voorafgegaan door een taxi. We kijken wat bevreemd. De deur van de auto gaat open en een stroom van boos klinkende Spaanse klanken vult de zwoele avondlucht. Is dat tegen ons? Hebben wij iets verkeerd gedaan…. Maar wát dan? 

Achter het gebrul aan kruipt  een 1 meter 55 hoge, rood aangelopen bonk testosteron de auto uit. Onze gast is een klein middelbaar manneke met een buik die een acht maanden zwangere vrouw niet zou misstaan en dus dito mond. Hij betaalt de taxi, die hem kennelijk de weg heeft gewezen naar ons B&B. Onderwijl komt een onophoudelijke stroom gebrul uit zijn mond waar wij geen chocola van kunnen maken. Het geloei wordt kracht bij gezet met ruime armgebaren. We houden ons maar even stil. Zoals een gaste van ons eens zei: “een paard zou er de hik van krijgen”. 
Señor Toro

Het klinkt niet heel vriendelijk, wat deze heer ons toevoegt. Maar zeker weten doen we het niet. Spaans is niet één van onze vele talenten. En zeker niet op dit volume en in dit tempo. Pogingen om Señor Toro te kalmeren en om de woordenstroom in te dammen, stranden vooralsnog in een grote woordenstroom en we doen iets wat we normaal nooit zouden doen. We roepen de hulp in van een andere gast. Deze lieve Spaanse heer kan in elk geval verstaan wat señor Toro dwars zit. We worden er wel een tikkeltje nerveus van inmiddels. We hebben nog steeds geen idee.
Na enige vertalingen en nog wat additionele kalmeringspogingen, begrijpen wij dat deze heer moeite heeft gehad ons B&B te vinden. Dat heeft er duidelijk voor gezorgd dat het testosteron tot tussen zijn oren zit en iemand móet boeten: WIJ! 

B&B Cas al Cubo staat op Google maps, Apple maps en Maps.me, op de site staat een keurige routebeschrijving én de coördinaten zijn te vinden op onze website en op de verschillende boekingssites. Dat maakt allemaal niks uit. Ja, ons B&B ligt op ongeveer een kwartier rijden van het gemeentehuis van Tavira. Dat klopt en dat staat ook overal. Desondanks is het onze schuld, dat Señor Toro B&B Cas al Cubo niet kon vinden en dat hij 1,5 uur heeft moeten zoeken en uiteindelijk een taxi heeft moeten inschakelen om ons te vinden. Zijn frustratie daar over wordt ons luid duidelijk gemaakt. We zijn een half uur en één stap verder. We weten wat er aan de hand is. 

Druk in de garage
Mijn oude “baas”,  leerde me ooit dat je een boos mens helemaal moet laten uitschreeuwen, en dat dan, nadat hij gekalmeerd lijkt, ook het láátste staartje woede er ook nog uit moet, voordat je met hem kunt gaan praten over wat hij nu eigenlijk wil. Zo ook geschiedde hier. Nadat Señor Toro helemaal is leeg gelopen en het laatste testosteronnetje is geblust met een blikje bier, geeft het stiertje aan, via onze behulpzame gast annex tolk dat hij  echt niet kan blijven omdat de afstand naar Tavira te groot is om heen en weer te rijden. Dat was hem bij het boeken niet opgevallen. Erkennen dat wij daar niets aan kunnen doen, gaat overigens vooralsnog te ver. Vooruit, “foutje bedankt”, zoals in die goeie ouwe Hollandse reclamespot. Daar helpt geen “Even Apeldoorn Bellen” meer aan, dus raden we het bolle kruitvat aan om maar te bellen met zijn boekingsagent om te vragen of die de boeking wil annuleren. Van onze kant kunnen wij dat niet doen, maar we gaan er ook zéker niet lastig over doen. 

Señor Toro kan dit duidelijk niet zelf. Om 21:00 ´s avonds belt hij “zijn” secretaresse (de arme vrouw bracht net de kinderen naar bed op vrijdag avond) en begint in rad Spaans tegen haar te tetteren. Kennelijk is zíj het gewend en weet ze meteen de stopknop te vinden want de toon wordt al snel gematigder en kennelijk gaat het geregeld worden. Zou hij dit vaker aan de hand hebben? 
Inderdaad verschijnt na tien minuten een mail in ons scherm met de vraag of wij akkoord zijn met de annulering en we kunnen niet anders verzuchten dan: gráág! “Torinho” (stiertje) is helemaal blij. Hij besluit één nachtje te blijven, want om nou meteen weer op zoek te moeten, daar heeft hij ook geen zin in. Normaal gesproken doen we niet aan één nachtje, maar in dit geval …

De gebraden haan
We drinken nog een drankje met hem, om de gemoederen volledig te sussen, en denken te begrijpen (gewichtige stem, grootse armgebaren en veel brochures) dat hij een belangrijk man is. Onze lieve Spaanse gast annex tolk kijkt minzaam. Zijn elegante vrouw komt er bij zitten aan tafel.
Ter plekke verandert de sfeer en ondergaat Sr. Toro een gedaanteverandering. Opeens zit daar een trotse haan. Kukelekuuuuu…  Señor Toro wordt spontaan Señor Gallo. Hij tracht indruk te maken met gewichtige verhalen over “zijn” bedrijf. Dat is een bedrijf in onder andere vriesinstallaties voor mortuaria. Geen alledaags product en misschien word je geen vrolijker mens als je dagelijks word geconfronteerd met je eigen sterfelijkheid. Zijn pogingen tot flirten mislukken jammerlijk. Inmiddels heeft hij wel de grootste lol.

Ik breng hem om 22:00 naar bed en mag nog naar alle technische snufjes kijken die hij bij zich geeft, zoals een supersonische telefoonlader. Ik prijs alles de hemel in. Wat een fantástisch modern man heb ik voor me. Hij zoent me inmiddels bijna voor t slapen gaan. Ik geef hem een stevige hand en maak me uit de voeten. Nu nog leren kaartlezen, en kijken wat voor hotel je boekt voordat je op de reservering knop drukt (Lúl!) en vervolgens een ander de schuld probeert te geven van jouw stupiditeit, denk ik.

Na een ontbijtje vanmorgen, dat we voor een vandaag uiterst goedgemutste Señor Toro extra vroeg serveren, vertrekt hij lachend richting … geen idee waarheen. Glimlachend zwaaien we onze Spaanse furie uit. We verzuchten: als hij maar vér weg gaat! 

donderdag 19 juli 2018

De Portugese bilspleet

Hoerá! Zomerse "eye candy" in de Algarve. 

Het is niet mijn hobby, maar in dit warme land lijkt het onvermijdelijk. Het volle zicht op een, al dan niet harige, bilspleet. Ik kan er niets aan doen, maar ik vind het onsmakelijk-fascinerend. Mijn ogen worden er soort van magnetisch naar toe getrokken. Al die mannen, al dan niet met echtgenote / partner in het spoor, met een afgezakte broek waar vaker niet dan wel twee bolle billen met bijbehorende kloof bovenuit piepen.  

Eet smakelijk
Je komt ze tegen in allerlei situaties. Het viel me voor het eerst op in een restaurant waar we tussen de middag even snel een dagschotel verorberden.Schuin rechts voor me een echtpaar met een klein jongetje. Het jochie kwebbelt voluit, waardoor ik de kant van hun tafel op kijk. En daar is hij …. De véél te dikke papa met zijn slecht zittende broek, een klein reepje onderbroek en twee hele bolle billen met daar tussen een voluptueuze bilspleet die mij grijnzend aanstaart. Het ziet er niet eetlust verhogend uit. Gelukkig heb ik écht honger. 

Kip op de markt
Bij een andere gelegenheid eten we lekker een kippetje op te markt die elke vierde zondag van de maand wordt gehouden in ons eigen Santa Catarina da Fonte do Bispo. Op de zondag markten staan traditioneel ook “de kippenboeren”. Dat zijn de verrijdbare grill-restaurants waar je een heerlijk gegrild kippetje en een bak sla met een biertje kunt kopen voor de zondagse lunch. 

Lust je nog een kippetje?

Ook daar aan het tafeltje schuin voor me een gezin. Vader een tikkeltje aan de corpulente kant; pantalon niet helemaal afgestemd op het figuur van de drager. En weer grijnsde mij daar twee witte kadetten tegemoet. In de spleet er tussen, paste makkelijk de afgekloven kippenbotjes van onze formica tafel. Gelukkig waren we met vier dames en hebben en we (vrije middag) een biertje op, dus we kunnen er om lachen. Maar echt een fris gezicht is het niet. 

Wegwerkzaamheden ....
Gisteren kwamen we terug van het boodschappen doen. De weg rondom de rotonde van ons dorp ligt al maanden open.. en dan weer eens dicht … en dan gaat het gloednieuwe asfalt weer open, maar dat terzijde. Wegwerkers zijn druk bezig met graafmachines, boorhamers, indrukwekkende zagen en slijptollen. Links en rechts staan tijdelijke stoplichten opgesteld en voor één van die verkeerslichten moeten we wachten op het tegemoetkomend verkeer. Wat doe je als je wacht … je kijkt om je heen. Aan de linkerkant van de weg een stoere wegwerker met een grote slijptol en je raadt het al: een dito bilspleet. De harige billen zijn, getuige de kleur, al door behoorlijk wat zon (en dames ogen?) gezien. 


Dames: ben ik nu overdreven preuts? Ben ik vreselijk ouderwets? Of gewoon een zeikerd? Ik vraag me bij al dat (ongewenste) bloot toch iets af. Al die "bilnaad-flashers", die hebben toch een vrouw, vriendin, vriend, moeder? In elk geval iemand die ze kan adviseren of zelfs helpen. Waarom dames, heren, laten jullie je partner of kind er zo bij lopen? Wat is t nou voor moeite om´s morgens even een blik te werpen en te zeggen “lieverd, die broek kan écht niet meer. Kom, trek deze aan, dan vat je geen kou….

Heren: sorry, het is echt géén gezicht, al die blote billen boven je slecht aangehangen broek uit. Het staat niet stoer. Het is slordig, onverzorgd en vrij onsmakelijk maar gelukkig wel een mooi onderwerp voor een zomerse fotoserie. 

donderdag 14 juni 2018

Donderdagavond car crush

ofwel: wat je op straat zoal vindt... 


Ik sta voor de kassa van de Continente, onze Albert Heijn, met een pak incontinentieluiers in mijn handen. Het meisje dat het pak moet afrekenen; ik schat haar een jaar of negentien; kijkt met een verschrikte blik over de stapel boodschappen van mijn voorgangster heen. Je ziet haar denken…oh jee, dát is vroeg! 
Incontinentieluiers

“Dat is dan € 9,99 mevrouw”… En wilt u er een tasje om. Ongemakkelijk kijkend wappert zij met een rood-witte plastic Continente-zak voor mijn neus. “Nee hoor, ik kan het zo wel dragen”, zeg ik. Ik kan er niks aan doen, maar hier heb ik lol in.  Opzichtig zwaaiend met het pak loop ik over het parkeerterrein van de supermarkt naar de auto. 

Dit verhaal begint wat eerder. Op donderdag avond 7 juni, om een uur of half tien ´s avonds. We hebben een “daghap” (prato da dia) gegeten met vrienden bij een “snelle Portugees” en we zijn op weg naar huis. Vlak na de afslag São Brás de Alportel, op onze weg, de EN 398, ligt een schim op straat. Ik zie het vaag maar neem het niet echt in me op. Naast me klinkt het benauwd…. Nic, zijn staart bewoog nog….. 
Omkeren, zeg ik resoluut. En zo sta ik een minuut later naast een gitzwarte kat die, afgezien van een razendsnelle en korte ademhaling en een bewegend staartpuntje, voor dood op het asfalt ligt. 

We hebben altijd een soort piepschuim koelbox achterin liggen voor boodschappen en voorzichtig leg ik de poes er in. Laten creperen op straat is geen optie en er nog een keer overheen rijden al helemáál niet dus …. hij is nu onze verantwoording. 
Thuis verhuist hij naar het konijnenhok. Dat heeft al bij vele gelegenheden (lees verhuizingen en gevonden en zieke katten en kittens) goed dienst gedaan als quarantaine hok. En dat doet het nu ook. Eens kijken of en hoe de trillende schim de nacht gaat doorkomen. ´s Avonds om 21:30 is de dierenarts niet meer open en alhoewel je een noodnummer kan bellen, zie ik de rekening al stralen aan de horizon. Het is niet onze kat, zeggen we streng tegen elkaar, en we geven hem een rustige plek waar onze andere vierpotige huisgenoten – die het overigens meteen door hebben - niet bij kunnen en trekken de deur dicht. 

Röntgenfoto van Poes
Vrijdagmorgen kwart over zes. Tot onze stomme verbazing leeft de poes nog. Poes blijkt overigens een kater, niet gecastreerd en naar later zal blijken, ook niet gechipt. “Leeft” is een wat enthousiaste benaming voor de staat waarin hij zich bevindt. Hij lijkt niet echt bij bewustzijn, beweegt (voor zover hij zich beweegt) zijn achterlichaam raar en we besluiten met hem naar een dierenarts te gaan. De verwachting is, dat hij moet inslapen. De eerste dierenarts waar we aankomen, Novavet in Tavira,  maakt een röntgenfoto en geeft aan dat ze denken dat de rug niet is gebroken. Wel zit veel vocht in de buik wat doet vermoeden dat er interne bloedingen zijn. Hij moet meteen geopereerd en wel in Loulé in het dierenziekenhuis…. denken ze. Waaraan hij moet worden geopereerd is niet duidelijk. Het komt allemaal wat voorbarig en onzeker over. Wij zijn in elk geval niet overtuigd. 
Ondanks het feit dat we weten dat we dan langs de kassa gaan, besluiten we toch onze eigen dierenarts in Olhão te raadplegen. Onderweg bellen we hem en als we aankomen staat een team van 5 man, 4 artsen en een assistente (meer werken er niet) klaar. 

Bij de dokter
Poes wordt onderzocht en de eerder genomen foto´s, die we op een USB hadden meegenomen, worden bekeken. Hij gaat aan het zuurstof en aan een vocht infuus, om de bloeddruk op peil te krijgen en er komt een drukverband om zijn buik. Inderdaad, de organen zijn niet te zien wat wijst op een vorm van bloedingen, of een gescheurde blaas. Het drukverband moet de bloedingen stelpen. Als de blaas is gescheurd, is het “einde oefening”. Maar dat geloven we niet want hij heeft nog in de box gepiest. Poes moet in het dierenziekenhuis blijven en krijgt 2 soorten antibiotica en cortisonen.
Aan het infuus

Op zaterdag gaan we op ziekenbezoek. Wij zien geen verbetering maar Rafael, de dokter, wel. We besluiten poes de kans te geven en tillen het verblijf over het weekend heen. Maandag nemen we het besluit of het zin heeft hem verder te behandelen. 
Op maandag komen we aan en tot onze verbazing is poes wakker en redelijk alert. Hij beweegt nog wel raar. Hij draait rondjes. Het lijkt een zeer vriendelijk dier, makkelijk aan te halen, niet achterdochtig, niet blazen of krabben. Hij mag dus mee naar "huis" met zijn drie soorten pillen en een voorschrift van absolute rust. 

Nu woont hij al drie dagen bij ons in het konijnenhok. Dat hok is bekleed met een lekkere warme badmat en….incontinentieluiers. Want of het concept “kattenbak” bekend is… dat weten we niet. Drie maal daags voederen we hem probleemloos pillen. Het laatste bezoek aan de dokter zal voorlopig nog niet zijn afgelegd. We zien hem elke dag iets opknappen. Onze andere katten zijn ontstemd, beledigd, boos en rázend, afhankelijk van om welk verwend exemplaar het gaat. Er wordt heel wat af geblazen en gegromd. Poes reageert overigens niet. Het went wel weer. Onze harige huisgenoten zijn allemaal vergeten dat ze hier ook eens binnen kwamen als weggegooide verschoppelingen. 

Rust is het devies
Omdat het bij nadere bestudering een zwart-witte kater blijkt, hebben we hem maar lekker creatief Felix gedoopt. Rafael, “de behandelend geneesheer”, stelde nog “Crush” voor (zijn werknaam bij de dierenarts), maar we zijn bang dat die naam een blijvend psychologisch trauma in de hand werkt. Langzaam begint hij opa zijn nieuwe naam te reageren. 

Zo lijkt het er op, dat onze kattenfamilie een klein beetje is uitgebreid met een nieuw zorgenkind. We zijn benieuwd of  Felix volledig gaat herstellen van zijn aanvaring met een metalen weggebruiker en of alle zintuigen de crash hebben overleefd. Voorlopig is het een lief en tevreden dier. De tijd zal uitwijzen of hij blijvende schade heeft opgelopen. 

Felix