zaterdag 27 september 2014

Zwerfkat in de Algarve.

Een nieuwe kat in het B&B

Het is woensdag ochtend drie september. Bij B&B Cas al Cubo is net de wekker gegaan dus het zal rond 06:30 zijn geweest. Op onze slaapkamerdeur klinkt een zenuwachtig getik. Oh jee… gast aan de deur. Dat betekent meestal niet veel goeds. Zou er iemand ziek zijn? Voor de deur staat Rita een hele lieve gaste die al vaker bij ons heeft gelogeerd. Ze is gisteren aangekomen en ziet er erg ontdaan en ook verontwaardigd uit.

“Ze hebben een kát over het hek gegooid” zegt ze stotterend van boosheid. Ik zág het gebeuren en toen die man mij zag reden ze snel weg. Ik kijk haar wat verbouwereerd aan…..Een kát over het hek gegooid? Dat klinkt op zijn minst niet vriendelijk. Uit  beschrijving die volgt van de auto en van de betrokken mensen zouden we bijna moeten opmaken dat de ´schuldigen´  in kwestie buren van verder op het pad betreft. Maar die mensen gooien NIET met katten. Dat zijn bij uitstek dierenliefhebbers. Dus ik zoek slippers om mij, nog in pyjama, met Rita naar het hek te begeven om poolshoogte te nemen.

Halverwege de tuin komt me al een klagelijk gemiauw tegemoet….het zál toch niet? Achter het elektra hokje zit een scharminkelig poesje, niet ouder dan drie maanden en hij schreeuwt zijn longen uit zijn magere lijfje. Ik heb er even geen ander woord voor: Shit! Wat doe ik nu? Een dierenambulance is in de Algarve een onbekend verschijnsel en we hebben zelf al vier poezenbeesten. Dat is écht genoeg, hebben Kathleen en ik besloten. Maar ach, wie dóet nou zoiets. Dat beestje gaat dood als we hem aan zijn lot overlaten. Enfin, ik ga Kathleen maar eens halen en wat kattenvoer. Eens kijken of we de jongeman of jongedame kunnen benaderen.

Een beetje onzeker in het begin
Tien minuten later zit scharminkel bij ons voor de deur en eet een bak van de ´residente´ poezen leeg. Eén voor een druppelen de gasten naar beneden en bekijken de vondeling, hij heeft zich inmiddels, natuurlijk midden in de loop naar de keuken, op de mat genesteld en kijkt ons aan met een blik van “knappe jongen die mij hier nog weg krijgt”. Een voor een schodderen ook nietsvermoedend onze andere katten langs die stuk voor stuk een hoge rug op zetten en hoogst beledigd de aftocht blazen. Wat moet dat ´ding´ hier?! 


Ik herinner me gelukkig iemand die op zoek is naar een jonge kat.Ik bel hem op en ja hoor, wanneer hij zaterdag terug komt uit Lissabon waar hij voor zijn werk is, wil hij het poezenbeest graag hebben. Maar of wij er dan tot zaterdag voor willen zorgen. Dat willen we wel, dus dat is afgesproken. Poes heeft een nieuw huis. 

Donderdag komt met een niezend klein poesje met vieze loop-oogjes. Vrijdag komt met een niezend poesje met vieze oogjes en zware diarree. Een dierenarts bezoek kan niet meer worden uitgesteld, dus daar gaan we, op naar dierenarts Rita van BVet in São Brás de Alportel.

Mijnheertje, want dat blijkt het te zijn, weegt 1 kilo en 300 gram, is pas 10 weken oud en kan worden samengevat als een wormbuikige vlooienbaal met hoge koorts, conjunctivitis en niesziekte. Dat wordt een weekje smeren en schoonmaken (oogjes) pillen (niesziekte) en heel veel TLC. De potentiele nieuwe eigenaar, die de volgende dag belt, schrikt daar een beetje van en heeft geen tijd voor die intensieve zorg. Dat blijven wij dan nog maar even doen.

Tommy, want een naam kon natuurlijk niet uitblijven, is vernoemd naar de buurman. Dat blijkt inderdaad degene die hem ´over het hek de t niezen verdwijnt met een paar dagen, de oogjes worden allengs beter en als het einde van de volgende week en het einde van   heeft gezet. Hij heeft, op weg naar huis, de Nederlandse tijdschriften voor ons tussen het hek gestopt, de lieverd, en daarbij het scharminkel horen gillen. In de vooronderstelling dat het wel een kat van ons zou zijn, heeft hij hem een handje geholpen over het hek.



Tommy settelt heel, heel snel. Hij wordt vriendjes met Saar, onze één jaar oude poes en ze klimmen samen in de bomen. Saar leeft helemaal op met zo´n jonkie om zich heen. Onze oude poezengarde is niet meer zo van het spelen. Het niezen verdwijnt met een paar dagen, de oogjes worden allengs beter en als het einde van de volgende week en het einde van de medicijnkuren aanbreekt, is hij een deel van de familie geworden. Ondanks de teleurstelling van de potentiele nieuwe ´baas´, blijft Tom bij ons. 

Tom knapt snel op!
Waar hij precies vandaan is gekomen weten we nog steeds niet, maar zo kwam het dat het rood-witte zwervertje nu deel uit maakt van de Cas al Cubo kattenfamilie.