donderdag 14 juni 2018

Donderdagavond car crush

ofwel: wat je op straat zoal vindt... 


Ik sta voor de kassa van de Continente, onze Albert Heijn, met een pak incontinentieluiers in mijn handen. Het meisje dat het pak moet afrekenen; ik schat haar een jaar of negentien; kijkt met een verschrikte blik over de stapel boodschappen van mijn voorgangster heen. Je ziet haar denken…oh jee, dát is vroeg! 
Incontinentieluiers

“Dat is dan € 9,99 mevrouw”… En wilt u er een tasje om. Ongemakkelijk kijkend wappert zij met een rood-witte plastic Continente-zak voor mijn neus. “Nee hoor, ik kan het zo wel dragen”, zeg ik. Ik kan er niks aan doen, maar hier heb ik lol in.  Opzichtig zwaaiend met het pak loop ik over het parkeerterrein van de supermarkt naar de auto. 

Dit verhaal begint wat eerder. Op donderdag avond 7 juni, om een uur of half tien ´s avonds. We hebben een “daghap” (prato da dia) gegeten met vrienden bij een “snelle Portugees” en we zijn op weg naar huis. Vlak na de afslag São Brás de Alportel, op onze weg, de EN 398, ligt een schim op straat. Ik zie het vaag maar neem het niet echt in me op. Naast me klinkt het benauwd…. Nic, zijn staart bewoog nog….. 
Omkeren, zeg ik resoluut. En zo sta ik een minuut later naast een gitzwarte kat die, afgezien van een razendsnelle en korte ademhaling en een bewegend staartpuntje, voor dood op het asfalt ligt. 

We hebben altijd een soort piepschuim koelbox achterin liggen voor boodschappen en voorzichtig leg ik de poes er in. Laten creperen op straat is geen optie en er nog een keer overheen rijden al helemáál niet dus …. hij is nu onze verantwoording. 
Thuis verhuist hij naar het konijnenhok. Dat heeft al bij vele gelegenheden (lees verhuizingen en gevonden en zieke katten en kittens) goed dienst gedaan als quarantaine hok. En dat doet het nu ook. Eens kijken of en hoe de trillende schim de nacht gaat doorkomen. ´s Avonds om 21:30 is de dierenarts niet meer open en alhoewel je een noodnummer kan bellen, zie ik de rekening al stralen aan de horizon. Het is niet onze kat, zeggen we streng tegen elkaar, en we geven hem een rustige plek waar onze andere vierpotige huisgenoten – die het overigens meteen door hebben - niet bij kunnen en trekken de deur dicht. 

Röntgenfoto van Poes
Vrijdagmorgen kwart over zes. Tot onze stomme verbazing leeft de poes nog. Poes blijkt overigens een kater, niet gecastreerd en naar later zal blijken, ook niet gechipt. “Leeft” is een wat enthousiaste benaming voor de staat waarin hij zich bevindt. Hij lijkt niet echt bij bewustzijn, beweegt (voor zover hij zich beweegt) zijn achterlichaam raar en we besluiten met hem naar een dierenarts te gaan. De verwachting is, dat hij moet inslapen. De eerste dierenarts waar we aankomen, Novavet in Tavira,  maakt een röntgenfoto en geeft aan dat ze denken dat de rug niet is gebroken. Wel zit veel vocht in de buik wat doet vermoeden dat er interne bloedingen zijn. Hij moet meteen geopereerd en wel in Loulé in het dierenziekenhuis…. denken ze. Waaraan hij moet worden geopereerd is niet duidelijk. Het komt allemaal wat voorbarig en onzeker over. Wij zijn in elk geval niet overtuigd. 
Ondanks het feit dat we weten dat we dan langs de kassa gaan, besluiten we toch onze eigen dierenarts in Olhão te raadplegen. Onderweg bellen we hem en als we aankomen staat een team van 5 man, 4 artsen en een assistente (meer werken er niet) klaar. 

Bij de dokter
Poes wordt onderzocht en de eerder genomen foto´s, die we op een USB hadden meegenomen, worden bekeken. Hij gaat aan het zuurstof en aan een vocht infuus, om de bloeddruk op peil te krijgen en er komt een drukverband om zijn buik. Inderdaad, de organen zijn niet te zien wat wijst op een vorm van bloedingen, of een gescheurde blaas. Het drukverband moet de bloedingen stelpen. Als de blaas is gescheurd, is het “einde oefening”. Maar dat geloven we niet want hij heeft nog in de box gepiest. Poes moet in het dierenziekenhuis blijven en krijgt 2 soorten antibiotica en cortisonen.
Aan het infuus

Op zaterdag gaan we op ziekenbezoek. Wij zien geen verbetering maar Rafael, de dokter, wel. We besluiten poes de kans te geven en tillen het verblijf over het weekend heen. Maandag nemen we het besluit of het zin heeft hem verder te behandelen. 
Op maandag komen we aan en tot onze verbazing is poes wakker en redelijk alert. Hij beweegt nog wel raar. Hij draait rondjes. Het lijkt een zeer vriendelijk dier, makkelijk aan te halen, niet achterdochtig, niet blazen of krabben. Hij mag dus mee naar "huis" met zijn drie soorten pillen en een voorschrift van absolute rust. 

Nu woont hij al drie dagen bij ons in het konijnenhok. Dat hok is bekleed met een lekkere warme badmat en….incontinentieluiers. Want of het concept “kattenbak” bekend is… dat weten we niet. Drie maal daags voederen we hem probleemloos pillen. Het laatste bezoek aan de dokter zal voorlopig nog niet zijn afgelegd. We zien hem elke dag iets opknappen. Onze andere katten zijn ontstemd, beledigd, boos en rázend, afhankelijk van om welk verwend exemplaar het gaat. Er wordt heel wat af geblazen en gegromd. Poes reageert overigens niet. Het went wel weer. Onze harige huisgenoten zijn allemaal vergeten dat ze hier ook eens binnen kwamen als weggegooide verschoppelingen. 

Rust is het devies
Omdat het bij nadere bestudering een zwart-witte kater blijkt, hebben we hem maar lekker creatief Felix gedoopt. Rafael, “de behandelend geneesheer”, stelde nog “Crush” voor (zijn werknaam bij de dierenarts), maar we zijn bang dat die naam een blijvend psychologisch trauma in de hand werkt. Langzaam begint hij opa zijn nieuwe naam te reageren. 

Zo lijkt het er op, dat onze kattenfamilie een klein beetje is uitgebreid met een nieuw zorgenkind. We zijn benieuwd of  Felix volledig gaat herstellen van zijn aanvaring met een metalen weggebruiker en of alle zintuigen de crash hebben overleefd. Voorlopig is het een lief en tevreden dier. De tijd zal uitwijzen of hij blijvende schade heeft opgelopen. 

Felix